De tempel van Moet te Karnak

Beelden van Moet als Sachmet, 
tempel van Moet te Karnak.
Beelden van Moet als Sachmet,
tempel van Moet te Karnak.

Ten zuiden van de Amontempel in Karnak ligt de tempel van Moet, in de oudheid Isjeroe genaamd. Moet was de metgezel van Amon en koningin van de goden. Ze werd afgebeeld als een vrouw, soms met een leeuwinnenkop. Vanaf de Amontempel liep een grote processieweg, geflankeerd door sfinxen met een ramskop, naar de tempel van Moet.

Er is tegenwoordig niet veel meer over van de tempel. Binnen de omheiningsmuur (Grieks: temenos) zijn de restanten te vinden van de tempel. Toch is wel bekend hoe het complex eruit moet hebben gezien. Het heiligdom is gebouwd op een schiereiland van een natuurlijk gevormd heilig meer dat Isjeroe werd genoemd, waar de tempel haar naam aan dankt.

Rondom het hoefijzervormige meer zijn verscheidene kleinere tempels gebouwd. De afmetingen van het hele terrein bedragen ongeveer 250 x 350 meter. Waarschijnlijk heeft er in het Middenrijk al een tempel op het terrein gestaan. Dit bouwwerk moet in de 18de dynastie door koningin Hatsjepsoet zijn vervangen. Later heeft Amenhotep III dit tempelgedeelte weer verbouwd en aangevuld met honderden beelden van de godin Sachmet, één van de verschijningsvormen van Moet.

In totaal zijn er ongeveer 730 Sachmetbeelden in het tempelcomplex van Moet teruggevonden. Uit historische bronnen is bekend dat Amenhotep III een slechte gezondheid had aan het einde van zijn 38 jaar durende regeringsperiode. Het vermoeden bestaat dat hij, om genezing te vragen aan Moet, een jaar lang iedere ochtend en iedere avond een offer liet brengen aan steeds een ander beeld van Sachmet in de tempel.

Net buiten de temenos van de tempel staan twee kleinere gebouwen, een tempel voor Amon-Ra-kamoetef en een bootschrijn uit de tijd van Thoetmoses III en Hatsjepsoet. Van beide is maar weinig bewaard gebleven. Aan de noordzijde van de temenos bevindt zich een monumentale doorgang, die door Ptolemaeus II en III is gedecoreerd. Achter deze poort ligt een oudere processieweg, gebouwd door koning Taharka uit de 25ste dynastie. Hier zijn de restanten van vier rijen van vijf zuilen te zien die waarschijnlijk onderdeel hebben uitgemaakt van een kiosk.

Naar analogie van andere tempels is het aannemelijk dat hier een barkonderstel heeft gestaan. Na de colonnade van Taharka volgt de eerste pyloon en de eerste hof. Aan de zijkanten van de hof staan beelden van Sachmet opgesteld. Dan volgen de tweede pyloon en de tweede hof. Rondom de tweede hof hebben vierkante zuilen gestaan en daarvoor stonden ook Sachmetbeelden. 

Achter de tweede hof staat een poort van Taharka. Daarachter volgt het allerheiligste van de tempel, waar de schrijn voor de godin Moet heeft gestaan. Bijzonder genoeg volgt daarachter de poort van Nectanebo I uit de 30ste dynastie waardoor men de tempel aan de achterkant kan verlaten. Hier bevindt zich het heilige meer waar ook vele Sachmetbeelden stonden opgesteld. Van de tempel zijn maar weinig inscripties en afbeeldingen bewaard gebleven. Een groot deel van het heiligdom is in 1840 afgebroken ten behoeve van de bouw van een fabriek.

Detail reliëf uit mammissi 
bij de tempel van Moet te Karnak.
Detail reliëf uit mammissi
bij de tempel van Moet te Karnak.

Behalve de tempel voor Moet, bevindt zich op het terrein nog een aantal kleinere tempels. Ten westen van het heilige meer staat een tempel van Ramses III uit de 19de dynastie. Ook dit bouwwerk is slecht bewaard gebleven. Er zijn nog enkele voorstellingen te zien waarin zijn militaire campagnes in het gebied van Syrië worden belicht. Voor de tempel staan twee hoofdloze kolossale beelden van Ramses III.

Ten oosten van het hoofdheiligdom van Moet, direct na de toegangspoort links, staat een tempel van Amenhotep III, gewijd aan de god ‘Chonsoe-pa-chjered (Chonsoe het kind). Deze tempel bestaat uit een pyloon, een peristyle hal, een hypostyle hal en het allerheiligste.

Her en der is nog kleur bewaard gebleven in de reliëfs, maar alles boven ongeveer een meter hoogte is verdwenen. Het is ofwel elders hergebruikt, of ligt nu in delen op de grond. Dit heiligdom deed vanaf de regeringsperiode van Sjabaka uit de 25ste dynastie dienst als een mammisi, een geboortehuis, en is grotendeels gebouwd met hergebruikte blokken van andere tempels uit het Nieuwe Rijk. De mammisi bevat een aantal bijzondere scènes van geboorte en besnijdenis.

MvK

Bronnen:
– The Complete Temples of Ancient Egypt – R.H. Wilkinson
– The encyclopedia of Ancient Egyptian Architecture – D. Arnold
– The temple of Mut in Asher – M. Benson en J. Gourlay
– The complete Gods and Goddesses of Ancient Egypt – R.H. Wilkinson
– Foto’s – Mariëlle van Kampen