De Medinet Haboe-tempel van Ramses III

De dodentempel van Ramses III, Loeksor.
De dodentempel van Ramses III, Loeksor.

Het zuidelijkste tempelcomplex van West-Thebe is Medinet Haboe. De naam betekent in het Arabisch ‘de stad van Haboe’ een mogelijke verwijzing naar de dodentempel van Amenhotep, de zoon van Hapoe uit de 18de dynastie. Zijn dodentempel ligt driehonderd meter noordelijk van Medinet Haboe. De naam kan ook een verbastering zijn van ‘Hebu’ de Oudegyptische naam voor de ibis, een symbool voor de god Thot.

Een tempel gewijd aan Thot ligt een paar honderd meter zuidelijk van Medinet Haboe. Het complex bestaat uit de tempel van miljoenen jaren van farao Ramses III uit de 20ste dynastie en een kleinere tempel, die door Hatsjepsoet en Thoetmoses III uit de 18de dynastie is gebouwd. Deze kleinere tempel werd gebouwd ter ere van Amon-Ra-Kamoetef, een Thebaanse scheppingsgod. De Egyptenaren geloofden dat de tempel was gebouwd op de oerheuvel waarop Amon-Ra-Kamoetef was verschenen en waarnaar hij terug moest keren om herboren te worden.

De oerheuvel, door de Egyptenaren ‘Djeme’ genoemd, zorgde ervoor dat Medinet Haboe een pelgrimsplaats werd. Dit kan voor Ramses III een reden zijn geweest om hier zijn tempel voor miljoenen jaren te bouwen. Door de processies die regelmatig naar Medinet Haboe trokken, zou de tempel ook na zijn overlijden een belangrijke rol blijven spelen.

Er kan ook een praktischer motief achter de locatiekeuze liggen. Tijdens de 20ste dynastie was de bebouwbare strook tussen het vruchtbare land en de heuvels bijna helemaal volgebouwd met de tempels van eerdere farao’s. Alleen bij Medinet Haboe was nog genoeg ruimte voor de bouw van een grote tempel.

Ramses III zag farao Ramses II uit de 19de dynastie als zijn grote voorbeeld. Dit blijkt onder andere uit de plattegrond van Medinet Haboe. Het complex heeft zeer veel overeenkomsten met de tempel van Ramses II, het Ramesseum. Net als het Ramesseum was de tempel van Ramses III gewijd aan Amon-Ra.

De toegangspoort van de tempel van Ramses III.
De toegangspoort van de tempel
van Ramses III.

Daarnaast waren er kapellen waar Osiris, Ptah en Sokar werden aanbeden. Bijzonder aan de tempel is de toegangspoort. Deze heeft de vorm van een migdol, een Syrisch fort. Van origine had het complex twee migdol toegangspoorten.

De westelijke migdol werd echter tijdens de Derde Tussenperiode door een Libische aanval op Medinet Haboe vernietigd. Binnen de muren van het complex bevond zich ook een koninklijk paleis. Het is niet geheel zeker of het hier gaat om een ceremonieel paleis of dat Ramses III hier echt heeft gewoond.

Een terugkerend thema in de tempel zijn de overwinningen die Ramses III had weten te behalen. Op de buitenmuren staan reliëfs waarop de koning de Libiërs en Zeevolkeren weet te verslaan. Maar ook in het binnenste van de tempel, oorspronkelijk bedoeld voor religieuze voorstellingen, zijn reliëfs en teksten aangebracht die verslag doen van zijn campagnes.

De tempel was regelmatig het decor voor religieuze festivals. Op de muren van de eerste twee hoven zijn de processies tijdens het Mooie Dalfeest, het Min-festival en het Sokar-feest afgebeeld. Tijdens het Mooie Dalfeest reisde Amon-Ra samen met zijn vrouw Moet en zoon Chonsoe langs de verschillende tempels op de westelijke oever. Bij het Min-festival werd Min verbonden aan de kroning van de koning en de verjonging van diens regering.

Het Sokar-feest verbond de koning en zijn regering aan de verrijzenis van Sokar als god van het Dodenrijk. Na de dood van Ramses III bleef Medinet Haboe belangrijk. Tijdens de Derde Tussenperiode was het ommuurde complex een veilig onderkomen voor de bewoners van Deir el-Medina die er veilig waren voor de aanvallen van Libische bendes.

PvG

Bronnen:
– Het Dal der Koningen, de graven en graftempels van West-Thebe – K. Weeks
– Heilige plaatsen in het oude Egypte – L. Oakes